DE BROMBEER
Hij en een piepende kinderwagen zijn de karakteristieke voortekenen van een zenuwziek huwelijk. Die twee zouden in staat zijn de meest enthousiaste familievereerders op de vlucht te jagen. De brombeer is helaas een vaak voorkomende figuur. Hij zucht zelfs in zijn slaap, en bromt onweerstaanbaar, voordat hij goed en wel wakker is. Of het buiten warm of koud is, is hem onverschillig, 't weer zal toch in geen geval bij zijn stemming passen. Klagend kleed hij zich aan, zijn kleren deugen niet, zijn te dik of te dun, te wijd of te nauw; zijn schoenen drukken hem en zijn bovendien slecht gepoetst; de thee is te heet of te koud. Hij is zichtbaar verheugd als hij op of onder de meubelen iets ontdekt waar hij over mopperen kan, en daar hij vooruit weet dat het toch nooit zo wordt als het moet, uit hij zijn wensen maar helemaal niet.
Hij is over zichzelf net zo min tevreden als over anderen. Dat hij trek heeft vindt hij even beroerd als een ander dat hij het niet heeft. Z'n gezondheid kost hem meer hoofdbrekens dan zijn buurman z'n ziekte. Hij is de gevreesde spelbreker bij feestjes en pretjes. Hij klaagt in de zomer net zo lang over de hitte tot alle aanwezigen een zonnesteek krijgen. Hij is de gast die juist die enige haar in de soep treft, de man die bij een zonsondergang de wolkenformaties anders had gewild, die in een meesterwerk de zwakke plek ontdekt, die op alle enthousiasme met zo lang kleine aanmerkingen heeft, tot het verflauwt. Hij is de man die iedere vrolijke stemming zó lang met zijn klaagstem begeleidt, tot er niets meer van over is.
Het kankeren is zijn sport, zijn enige genoegen, nooit heeft hij meer plezier dan wanneer hij anderen hun plezier vergalt. Met wat voor een wellust dooft hij ieder jaar de kaarsen van de kerstboom! Voor geen geld zou hij zich de symbolische handeling laten ontgaan. Men zou hem echter al zijn geluk ontnemen, als men zijn gebrom geduldig zou verdragen. Hij rekent altijd op een mede-kankeraar, en het ergste wat je hem kunt aandoen is zijn gemopper niet ernstig op te nemen, of het gelaten te aanvaarden.
En de volgende: de lomperd
